Deze klacht betrof promotionele uitingen (een brochure en een verkorte versie daarvan) voor een diergeneesmiddel voor gebruik bij longontsteking van runderen. De CAVP oordeelde allereerst dat het begrip ‘langdurig’ in de context van de brochure, in tegenstelling tot hetgeen klager betoogde, niet misleidend was. Ook van strijdigheid van de brochure met de SPC was naar het oordeel van de CAVP geen sprake. De klacht ten aanzien van de door beklaagde gemaakte vergelijking tussen de onderling concurrerende geneesmiddelen van klager en beklaagde achtte de CAVP wel gegrond. De betreffende klacht richtte zich specifiek tegen de grafische weergave van de door beklaagde zelf berekende procentuele verschillen tussen de betreffende geneesmiddelen, die een centrale plaats innamen in de brochure. De betreffende grafiek gaf volgens het oordeel van de CAVP ten onrechte de indruk dat het diergeneesmiddel van beklaagde aanzienlijk meer effectief is dan het geneesmiddel van klager. Ten onrechte omdat dit niet, althans onvoldoende bleek uit de studie waarop beklaagde zich beriep. De klacht dat de in de brochure gemaakte vergelijking misleidend was, was daarom gegrond. De klacht dat de studie waarop beklaagde een beroep deed niet peer reviewed en niet gepubliceerd was en daarom in strijd was met artikel 5.2 Code heeft de CAVP afgewezen. Onder verwijzing naar eerdere uitspraken van de CAVP bevestigde de CAVP dat een studie waarnaar wordt verwezen niet peer reviewed hoeft te zijn. Van geval tot geval dient beoordeeld te worden of sprake is van een als wetenschappelijk verantwoord te beschouwen werk dat de actuele stand van de wetenschap en techniek weergeeft. De CAVP was tevens van oordeel dat in zijn algemeenheid niet de eis kan worden gesteld dat een studie waarnaar in een aanprijzing wordt verwezen gepubliceerd en openbaar toegankelijk is. Naar het oordeel van de CAVP dient de laatste volzin in de toelichting bij artikel; 5.2 Code als volgt gelezen te worden: ‘De geciteerde werken moeten openbaar zijn of bij de aanprijzer beschikbaar zijn’. Aan het laatste had beklaagde voldaan.